OLCAY BAYIR - TU GULI

Artiest info
Website
facebook
label: Arc Music
distr. : Xango

Bijna tien jaar is het al geleden dat we kennis maakten met de muziek van deze Turks-Koerdische zangeres, die al lang vanuit Londen opereert en die zich, niet geheel onverwacht voor een kind van de migratie, ook op deze nieuwe plaat buigt over het erfgoed dat ze meekreeg van haar voorouders. Naarmate mensen ouder worden, worden ze zich ook meer bewust van hun origine en van het belang van de cultuur waarin ze opgroeiden.

Zo opent de plaat met “Husna”, een Koerdische klaagzang, waarin het verhaal verteld wordt van een meisje voor het prestige van haar familie dat uitgehuwelijkt wordt aan een oudere en compleet respectloze man. Ocay leerde het lied van haar grootmoeder, zelf ooit uitgehuwelijkt, die het talloze keren voor haar zong. Als het vandaag op de plaat staat -de versie van Olcay is overigens prachtig-, dan is dat omdat het probleem van kindhuwelijken tot op vandaag bestaat in Turkije. “Edlê” is dan weer een Koerdisch lied dat bij huwelijken gezongen -en gedanst- wordt, terwijl de teksten bij “Ötme Bülbül” ( “zing niet, nachtegaal”) en “Daha Senden Gayri Asik Mi Yoktur?” (“Is er nog iemand zo verliefd als jij?”) geïnspireerd werden door grote Alevitische dichters als Pir Sultan Abdal en Asik Ruhsati.

Je merkt het: de Liefde, met inbegrip van wat sommigen menen er van te moeten maken, speelt een grote rol, maar dat betekent niet dat de zangeres niets anders zou hebben om te bezingen. Zo verwijzen een drietal nummers naar de vroegere buren van de zangeres. Mensen van Armeense komaf, die Oost-Anatolië erg talrijk aanwezig zijn. Daar heeft zij “Tal Tala” (“Geef, geef”) en “Nare Nare” vandaan, twee traditionele volksliederen, terwijl “Adama” een verhaal vertelt over de genocide die tot op vandaag niet zo genoemd mag worden, maar die in 1915 miljoenen mensenlevens kostte. Een volk dat het slachtoffer was van derelijke misdaden, is niet geneigd die snel te vergeten en Olcay bezingt de”Medz Yeghern” dan ook met passende droefheid en ngehouden kwaadheid in haar stem.

Min of meer daaraan verwant, is “Setero”, een klaagzang uit de regio Dersim, wordt in een lokale variant van het Koerdisch gezongen en heeft het ook al over oorlog, bloedvergieten en de zinloosheid daarvan.Helemaal in contrast daarmee, staat titelsong Tu Gulî”: daarin bezingt de zangeres de deugden en voordelen van de meertalige en multiculturele opvoeding die zij genoot en tegelijk betuigt zij haar respect aan al diegenen die er tot op vandaag, in slagen de Koerdische taal, cultuur en identiteit te bewaren. Het zal wellicht weinigen verbazen dat het vooral vrouwen zijn, die lof toegezwaaid krijgen: zij zijn, of we dat nu willen of niet, diegenen die het sterke geslacht vormen en die ervoor zorgen dat we kunnen overleven. Klinkt feministisch, ik weet het, maar misschien zou het niet slecht zijn, als we met z’n allen wat meer naar de vrouw zouden luisteren.

Twee woorden nog over de muzikanten: die waren aan het werk in Istanbul, Yerevan, Athene, en ze dragen familienamen die verwijzen naar Koerdische, Turkse, Griekse en Spaanse komaf. De zang werd opgenomen in een Londense kerk. Veel wereldomvattender kun je ’t niet willen, me dunkt en, mocht ik nog niet duidelijk genoeg geweest zijn: ook deze nieuwe plaat van Olcay Bayir is weer een echte parel geworden !

(Dani Heyvaert)